Kapot


8 februari 2020


Kapot

Het lijkt wel alsof alles hier kapot is, kapot gaat, kapot moet.
Het met, Ugandese handen, de was doen, geeft in korte tijd gaten in mijn handdoeken en kleren. Kun je voorstellen: mijn Walra handdoeken.
Ik werd er eerst wat teleurgesteld en boos over. Nu laat ik het maar. Probeer maar de leuke kant ervan te zien: ik mag binnenkort nieuwe handdoeken kopen. Kan ik na 23 jaar een andere kleur kiezen. (Oeps, 23 jaar...)
Veel is hier fake: de stroomdraadjes, de deurkrukken, verbindingsstukken. Het gaat lekker snel en makkelijk kapot.
Het breekt, mijn auto breekt door de slechte en hobbelige wegen. En soms rijd ik waar geen wegen zijn.
Het kreunt, zucht en steunt.
Breuken in vertrouwen, in families, vriendschappen en relaties. Mensen die een andermans huwelijk instappen. Schadelijk gedrag vertonen en slachtoffers maken.

Mijn energie en emoties voelen kapot, mijn rek en veerkracht is even weg.
De wanhoop, uitzichtloosheid, armoede in geld en armoede in toegang tot kennis en middelen.
Alweer de vraag om geld voor schoolgeld, een school, een project, een schuld in te lossen. Het sloopt me om steeds deze verhalen en verzoeken aan te horen en met een vriendelijk maar beslist ‘nee’ te moeten beantwoorden. Ja, het geld van een muzungu kent zijn grenzen.
Energie en wijsheid om in te spreken in andermans leven. Geconfronteerd te worden met de gebrokenheid. Wat voelt het onmachtig en onrechtvaardig.
Waar sta ik, wat voel ik in al deze situaties?

Het maakt me kapot als ik niet meer goed kan slapen van alles wat kapot is en hier kapot gaat. Wanneer in het donker de vraag rijst: 'God, het is zoveel, zo intens. Wat kan ik hier nog doen? Wat moet ik hier doen? Zal ik weggaan?'

En als ik me dan zo kapot voel, stuk ga op alle gebrokenheid, dat ik de hele dag tranen voel. Dan mag ik weten dat ik voor heelheid gemaakt ben. Wat kijk ik uit naar de die tijd, die komen gaat, waarin NIETS meer kapot, gebroken zal zijn: geen auto, geen deurkruk, geen vriendschap, geen familie, geen hart.
Jezus heeft het gebroken hart van God en zijn onvoorwaardelijke liefde laten zien. Die liefde er is voor hen, voor jou, voor mij.
Tot die dag, zal ik met tranen in mijn ogen, machteloosheid in mijn armen, boosheid en teleurstelling diep van binnen doorgaan om waar ik kan, liefde en aandacht te brengen in alle gebrokenheid.